Skip to content

ALGEMEEN

ARTIKEL 1
a. Het fokprogramma omvat alle indicatoren, die van toepassing zijn om de fokkerijvoortgang in de verschillende fokrichtingen te realiseren en te meten. Hiertoe behoren in het bijzonder een exterieurbeoordeling, verrichtingsonderzoeken, fokwaardeschattingen (FW), sport- en prestatiegegevens (PW) alsmede een onderlinge selectie. Bij de fokwaardeschatting en prestatiewaarde kunnen naast de gegevens van de eigen populatie ook die van andere stamboeken en sportorganisaties worden betrokken.
b. Voor elk van de fokrichtingen ShA, ERS, EPS (D en E), AA, Arabo-Friesian (AF) alsmede voor de in te zetten Arabische(ox) – en Engelse Volbloeds (xx) is een hengstenselectieprocedure vastgelegd.
c. Voor het fok-, keurings-, prestatie-, en predikaten programma komen in aanmerking alle ShA/ox, ERS, EPS, AA en AF ingeschreven paarden en pony’s, de erkende en aangewezen hengsten alsmede de registerpaarden- en pony´s die als zodanig staan in geschreven.
d. Bij de keuringen kan bijstand worden verleend door een dierenarts of andere deskundigen.
e. Het AB benoemt op voordracht van de regionale afdelingen en de foktechnische commissies de juryleden. De benoeming tot jurylid geldt voor een periode van vier jaar. Zij kunnen terstond worden herbenoemd.

BEOORDELING

ARTIKEL 2
Alle ingeschreven paarden en pony´s worden overeenkomstig Artikel 11 van het Stamboekreglement uniform aan de hand van het evenwichtsmodel beoordeeld op de volgende onderdelen:
a. Type
b. Model
c. Correctheid van bouw en bewegingen
d. Stap
e. Draf
f. Galop
g. Vrijspringen (voor het eerst goed te keuren hengsten)

De exterieurbeoordelingen vinden in de regel plaats op regionale keuringen, centrale keuringen, hengstenkeuringen etc. om een onderlinge vergelijking mogelijk te maken.

WAARDERING

ARTIKEL 3
De punten voor de exterieurbeoordeling zullen door de keuringscommissie onafhankelijk van elkaar en als volgt worden gegeven:
10 = uitmuntend                        5 = matig
9 = zeer goed                            4 = onvoldoende
8 = goed                                    3 = redelijk slecht
7 = redelijk goed                       2 = slecht
6 = voldoende                           1 = zeer slecht
0 = niet beoordeeld / niet te beoordelen
In geval de scoring als een gemiddeld cijfer wordt berekend dan wordt tot een decimaal achter komma gerekend.

HENGSTENSELECTIEPROCEDURE

ARTIKEL 4
1. ShA (Shagya-Araber):

Om als hengst te worden gekeurd en in het stamboek te worden ingeschreven, dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. De moeder dient in stamboek te zijn opgenomen met een minimum scoring van 40 punten.
b. De vader en vadersmoeder, grootmoeder en overgrootmoeder zijn in het stamboek ingeschreven.
c. Ingeval de hengst afkomstig uit een der aangesloten ISG-stamboeken, worden de criteria van dat stamboek overgenomen.
d. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
e. Een pijpomvang van tenminste 18cm.
f. Een stokmaat van tenminste 154cm.

 

2. ERS (Europees rijpaard met Shagya/Arabisch/Engels Volbloed en warmbloedgenen):

Om als hengst te worden gekeurd en in het stamboek te worden ingeschreven
dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. De moeder dient in het stamboek te zijn opgenomen met een minimum scoring van 40 punten.
b. Indien de moeder afkomstig is van een ander (erkend) stamboek zal aanvullende en relevante informatie worden opgevraagd.
c. In de 3e generatie (de hengst zelf niet meegerekend) dient een der voorouders een ShA, ox, AA, of xx te zijn. Wanneer in de 3e generatie een van de 8 voorouders een xx is (en de betreffende hengst dus 12.5% xx voert) geldt de aanvullende voorwaarde dat elders in de pedigree nog aantoonbaar ShA of ox voorkomt, zodat het totaal uitkomt op minimaal 12.5% Anglo-Arabisch bloed.
d. Op advies van en gemotiveerd door de foktechnische commissie kan van 1c worden afgeweken.
e. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
f. Een stokmaat van op driejarige leeftijd van tenminste 160cm en op vierjarige leeftijd 163cm.

3. EP-D (Europese pony met Shagya/Arabisch/Engels Volbloed-, sportpony- en warmbloedgenen) categorie D stokmaat tot 148cm.:

Om als hengst te worden gekeurd en in het stamboek te worden ingeschreven, dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. De moeder dient in het stamboek te zijn opgenomen met een minimum scoring van 40 punten.
b. Indien de moeder afkomstig is van een ander (erkend) stamboek zal aanvullende en relevante informatie worden opgevraagd.
c. Aantoonbaar 25% ShA/ox bloed voert.
d. Indien een der ouders c.q. grootouders in de pedigree een rijpaard is dan dient dit paard tenminste 12.5% ShA/ox te voeren. De producten van deze hengsten/merries dienen te voldoen aan de voorwaarden onder art. 4 van het Stamboekreglement.
e. Een der ouders moet een rijpony categorie D zijn.
f. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
g. Een stokmaat van niet meer dan 148cm.

4. EPS-E ( Europese pony met Shagya/Arabisch/Engels Volbloed-, sportpony- en warmbloedgenen) categorie E stokmaat 148.1cm t/m 156.9cm.:

Om als hengst te worden gekeurd en in het stamboek te worden ingeschreven, dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. De moeder dient in het stamboek te zijn opgenomen met een minimum scoring van 40 punten.
b. Indien de moeder afkomstig is van een ander (erkend) stamboek zal aanvullende en relevante informatie worden opgevraagd.
c. Aantoonbaar 12.5% ShA/ox bloed voert.
d. Een der ouders moet een rijpony categorie D of E zijn.
e. Op advies van en gemotiveerd door de foktechnische commissie kan van 3d worden afgeweken.
f. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
g. Een stokmaat van 148.1cm en niet meer dan 156.9cm.

5. AA x (Anglo-Arabisch Volbloed):

Om als hengst te worden gekeurd/erkend en in het stamboek te worden
ingeschreven, dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. De moeder dient in het stamboek te zijn opgenomen met een minimum scoring van 40 punten.
b. Indien de moeder afkomstig van een ander (erkend) stamboek zal aanvullende en relevante informatie worden opgevraagd.
c. Het Shagya/ox c.q. Engelse Volbloed aandeel moet tenminste 25% bedragen.
d. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
e. Een stokmaat op driejarige leeftijd van tenminste 158cm en op vierjarige leeftijd van tenminste 160cm hebben.

6. Arabo Friesian (AF)

Om als hengst te worden gekeurd/erkend en in het stamboek te worden ingeschreven, dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. De moeder dient in het stamboek te zijn opgenomen met een minimum scoring van 40 punten.
b. Indien de moeder afkomstig van een ander (erkend) stamboek zal aanvullende en relevante informatie worden opgevraagd.
c. Het Shagya/Arabische aandeel moet tenminste 12.5%ShA/ox, tenminste 50% Fries bloed en mag niet meer dan 25% van de aanverwante barokke en warmbloedrassen bedragen.
d. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
e. Een stokmaat van op driejarige leeftijd van tenminste 158cm. en op vierjarige leeftijd 160cm.

7. OX (Arabisch Volbloed):

Om als hengst te worden gekeurd/erkend, dient de hengst te voldoen aan de volgende criteria:
a. Afkomstig is van een bij de WAHO aangesloten stamboek.
b. Het verrichtingsonderzoek/prestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
c. De voor de Shagya`s en/of rijpaarden (ERS) in te zetten ox hebben een stokmaat van tenminste 150cm.

8. XX (Engels Volbloed):

Om als hengst te worden gekeurd/erkend, dient de hengst te voldoen aan de
volgende criteria:
a. Ingeschreven staan in het General Studbook.
b. Het verrichtingsonderzoek/sportprestatie op latere leeftijd met goed gevolg te hebben afgelegd.
c. Meer in het evenwichtsmodel dan in het rentype te staan waarbij de voorkeur naar de steeplechasers uitgaat.
d. Bij voorkeur een renprestatie op de steeplebaan te hebben behaald.
e. Een stokmaat van tenminste 165cm.

DE KEURING VAN HENGSTEN

ARTIKEL 5
1. De minimum leeftijd van een hengst om voor goedkeuring in aanmerking te komen bedraagt 2.5 jaar.
2. Naast de exterieurkeuring zullen de aangeboden hengsten in stap en draf beoordeeld worden op de harde bodem en het vrijspringen van niet meer dan drie opeenvolgende hindernissen.
3. Bij de beoordeling zal voorts rekening gehouden worden met de Afstamming, de eigen verrichtingen, het karakter en zo mogelijk met de kwaliteit en sportprestaties van Afstammelingen of verwanten.
4. Van hengsten van 4 jaar en ouder kan worden verlangd om onder het zadel dressuurmatig (met bijzondere aandacht voor de drie basisgangen) en springen (een lijntje van niet meer dan drie opeenvolgende hindernissen) te worden gepresenteerd.
5. Voor het eerst te keuren hengsten dienen een veterinair onderzoek te ondergaan, waarbij tevens een onderzoek wordt ingesteld naar erfelijke gebreken. Nader toegelicht in het document “Algemene bepalingen hengstenkeuring”.
6. Indien noodzakelijk en zulks ter beoordeling van het AB kan eerst een voorselectie worden gehouden.
7. De voor het eerst te keuren/erkennen hengsten worden per leeftijdsgroep ingedeeld.
8. De keuringsbeslissing wordt als volgt weergegeven:
– goedgekeurd / erkend
– niet goedgekeurd
9. Om voor de kwalificatie „goedgekeurd“ of „erkend“ in aanmerking te komen, dient tenminste een totaal gemiddelde scoring van 7.0 behaald te worden, waarbij geen van de respectieve onderdelen lager dan een vijf mag zijn.
10. Aan niet goedgekeurde hengsten met een gemiddelde scoring van minimaal 6.5 wordt het ster predikaat verleend.
11. De keuringsbeslissing wordt publiekelijk met toelichting op de keuring bekend gemaakt.
12. Van voor het eerst goedgekeurde hengsten dient het DNA-patroon te worden vastgesteld. Het AB is bevoegd om in uitzonderingsgevallen hiervan af te wijken.
13. Op het inschrijvingsbewijs en de digitale stamkaart van de betrokken hengst wordt aangetekend in welk jaar de hengst goedgekeurd dan wel erkend is.
14. De aanwijzing van hengsten, die geregistreerd en goedgekeurd zijn bij andere stamboeken geschiedt op advies van de foktechnische commissies door de hengstenkeuringscommissie.
15. Dekkingen dienen geregistreerd te worden op de door het EASP verstrekte dekbonnen/digitale dekbonnen.
16. Alle veulens van de goedgekeurde, erkende en aangewezen hengsten worden op basis van het geboortebericht en binnen de daarvoor gestelde aan de voet bij de merrie gecontroleerd, voorzien van de EU-verplichte chip en worden er t.b.v. het DNA-onderzoek haren van de moeder en het veulen getrokken

FOKWAARDE (FW)

ARTIKEL 6
Van alle bij het EASP goedgekeurde/erkende/aangewezen hengsten zal middels een strikte monitoring de fokwaarde (FW) worden bijgehouden en gepubliceerd op basis van de standaardbeoordelingscriteria van de gepresenteerde kinderen. De FW zal onderscheidenlijk worden gemeten:
1. Veulens, een- en tweejarigen.
2. Drie jaar en oudere kinderen.
Op basis van de fokwaarde-resultaten zullen de hengsten worden ingedeeld in de klassen:
– FW I (zeer goede resultaten)
– FW II (goede resultaten)
– FW III (gemiddelde tot matige resultaten)

PRESTATIEWAARDE (PW)

ARTIKEL 7
Van alle bij het EASP goedgekeurde/erkende/aangewezen hengsten zal middels een strikte monitoring van de nakomelingen de prestatiewaarde (PW) worden bijgehouden en gepubliceerd op basis van de reguliere sportgegevens (eventueel aangevuld met buitenlandse sportprestaties) en onderscheidenlijk worden gemeten:
1. Aantal nakomelingen in de sport.
2. Behaalde klasseringen (L,M,Z etc.) per discpline.
Op basis van de prestatiewaarde-resultaten zullen de hengsten worden ingedeeld in de klassen:
– PW I (zeer goede resultaten)
– PW II (goede resultaten)
– PW III (gemiddelde tot matige resultaten)

HENGSTENKEURINGSCOMMISSIE

ARTIKEL 8
1. De keuring van hengsten geschiedt door een commissie van tenminste drie en maximaal vijf personen waarvan de leden waaronder de voorzitter worden benoemd door het AB uit de in artikel 1d bedoelde juryleden.
2. De herkeuring van hengsten geschiedt door een commissie van tenminste drie en maximaal vijf personen waarvan de leden waaronder de voorzitter, worden benoemd door het AB uit de in artikel 1d bedoelde juryleden.
3. Indien een hengst ter keuring wordt aangeboden, die of is gefokt door een der leden van de keuringscommissie of in eigendom is van een der leden, dan wel van een familielid in de 1e graad zal het betreffende commissielid ter zake van de betrokken hengst reglementair worden vervangen.
4. Naast de dierenarts, die lid is of toegevoegd wordt aan de hengstenkeuringscommissie, kan het AB een of meerdere dierenartsen voor technische assistentie van de keuringscommissie aantrekken. Deze dierenartsen hebben in de keuringscommissie geen stemrecht.

DOPINGKONTROLE

ARTIKEL 9
1. Hengsten die ongeoorloofde middelen hebben toegediend gekregen om de prestatie, prestatiemogelijkheden of prestatiebereidwilligheid te beïnvloeden zijn van goedkeuring uitgesloten.
2. Het AB is bevoegd om steekproeven te houden.

BEROEP / HERKEURING

ARTIKEL 10
1. Binnen 7 dagen nadat de eigenaar is meegedeeld dat de hengst niet is goedgekeurd/erkend, kan de eigenaar schriftelijk een herkeuring aanvragen bij het stamboeksecretariaat.
2. De herkeuring zal uiterlijk binnen 12 weken, nadat de aanvrager het verzoek tot herkeuring heeft ingediend, worden gehouden.

NAKEURING

ARTIKEL 11
Het AB bepaalt waar en wanneer een nakeuring wordt gehouden. Aan een nakeuring kunnen hengsten deelnemen die voldoen aan:
1. Met een veterinair attest niet aan de Centrale Hengstenkeuring (CH) hebben kunnen deelnemen.
2. Door onvoorziene omstandigheden niet aan de CH hebben kunnen deelnemen.
3. Waarvoor het AB ontheffing heeft verleend.
4. Op het moment van de sluiting van de CH niet in Nederland verbleven.

HENGSTENVERRICHTINGSONDERZOEK

ARTIKEL 12
1. Alle goedgekeurde of erkende hengsten dienen een verrichtingsonderzoek te ondergaan.
2. Het verrichtingsonderzoek begint voor hengsten wanneer zij de leeftijd van vier jaar hebben bereikt en dient te zijn afgelegd voor zij de leeftijd van acht jaar hebben bereikt.
3. Het verrichtingsonderzoek kan eenmaal worden herhaald.
4. Hengsten die elders een gelijkwaardig onderzoek met goed gevolg hebben afgelegd zijn vrijgesteld.
5. Hengsten van zeven jaar en ouder die tenminste in één discipline de kwalificatie Z plus 1 hebben behaald of in twee disciplines M+1 geklasseerd zijn vrijgesteld. Als disciplines gelden het springen; de dressuur; het mennen en de eventing zoals de KNHS en andere int. sportorganisaties die kennen. Voor hengsten welke uitkomen in de endurancesport geldt dat zij minimaal eenmaal moeten zijn uitgekomen in de klasse 3 ( Afstand 80 – 119 kilometer).
6. Shagya-Araber, Arabische- , Engelse-, en Anglo-Arabische Volbloeds (ShA, ox, xx en x ) met ren- of militaryprestatie, zulks ter beoordeling van de foktechnische commissie, zijn eveneens vrijgesteld.
7. Voor de Arabo Friesian (AF) staat de mogelijkheid open om in plaats van het standaard verrichtingsonderzoek een (KNHS) menproef samengesteld klasse B (alle aanspanningen) af te leggen waarbij de minimale score overeenkomstig Artikel 15 van dit reglement moet worden behaald.
8. Hengsten die in een andere sportdiscipline een prestatie hebben behaald, kunnen op advies van de foktechnische commissie vrijgesteld worden. Deze bevoegdheid geldt voorts voor alle niet behaalde of vermelde verrichtings/sportprestaties.

VERRICHTINGSELEMENTEN

ARTIKEL 13
Tijdens het verrichtingsonderzoek zullen de hengsten op de volgende onderdelen worden beoordeeld:
1. Dressuuraanleg met bijzonder aandacht voor de 3 basisgangen en de werklust/ souplesse onder de eigen ruiter en testruiters.
2. Springproef (standaardparcours) onder de testruiters en vrijspringen van niet meer dan drie opeenvolgende hindernissen.
3. Steeple over 2500m met 12 vaste hindernissen (klasse B): Tempo 400m/min. Tijdsonderschrijdingen worden niet gescoord.
4. Conditietest. Afstandsproef over 39 km, (Tempo 5 (=12km/uur) rijtijd 195 min. met 3 veterinaire controles (start, midden, finish) met een pauze van 45 min. op de helft van de proef. Tijdsonderschrijdingen worden niet gescoord. De conditietest geldt als behaald wanneer de maximale rijtijd met een tolerantie van plus 5 min. wordt gerealiseerd en wanneer er geen veterinaire uitsluiting of andere oorzaken voor diskwalificatie aanwezig zijn.
5. Veterinair onderzoek: op alle verrichtingsonderdelen volgen veterinaire controles. De veterinaire resultaten worden met een eindcijfer tussen 0 en 10 weergegeven.
6. Innerlijke eigenschappen zoals karakter, temperament en werkwilligheid.

WAARDERING

ARTIKEL 14
1. De verschillende verrichtingsonderdelen worden, met uitzondering van de conditietest, als volgt gewaardeerd:
%
BASISGANGEN                            Stap                                 Jury                           5
Draf                                 Jury                           5
Galop                              Jury                           5
WERKLUST/SOUPLESSE                                                      Jury/Testruiters       20
SPRINGAANLEG                          Vrijspringen                    Jury                         10
Parcoursspringen           Jury/Testruiters        10
STEEPLE                                                                              Jury                         25
CONIDITIE                                                                           Dierenarts/Expert     5
INNERLIJKE EIGENSCHAPPEN    Karakter                           Dierenarts/Expert     5
Temperament                  Testruiters                 5
Werkwilligheid                Testruiters                 5
2. LEEFTIJDSHANDICAP
Ingeval van significante leeftijdsverschillen wordt een leeftijdshandicap bij de beoordeling toegepast.

VERRICHTINGSRESULTATEN

ARTIKEL 15
Het verrichtingsonderzoek geldt als voltooid wanneer tenminste een totaal gemiddelde scoring van 6 op de onderdelen (artikel 13 lid 1-3 en 5-6) wordt behaald en geen van de onderdelen lager dan een 5 scoort. Hengsten die het verrichtingsonderzoek niet hebben behaald of op grond van de veterinaire controles of wegens ziekte het onderzoek niet voltooien, worden van de fokkerij uitgesloten. Het verrichtingsonderzoek kan eenmaal worden herhaald. In dat geval geldt het herhalingsonderzoek als eindresultaat.

VERRICHTINGSCOMMISSIE

ARTIKEL 16
De verrichtingscommissie wordt benoemd door het AB en bestaat uit:
a. Drie juryleden
b. Twee testruiters
c. Een veterinair
d. Een onafhankelijke en gekwalificeerde expert

PREDIKATEN

ARTIKEL 17
Aan goedgekeurde/erkende/aangewezen hengsten kunnen de volgende predikaten worden verleend:

1. Keurhengst
Een hengst waarvan gebleken is dat hij goede eigen sportverrichtingen (Z-niveau en hoger) en op basis van de fokwaarde (FW II) goede verervingsresultaten levert.

2. Preferente hengst
Een hengst waarvan de nakomelingen op basis van de fokwaarde (FW I) en prestatiewaarde (PW II) uitmunten in kwaliteit en verrichtingen.

3. Prestatie (sport) hengst
– Een hengst die in een der disciplines Z plus 5 (of elders gelijkwaardig) is geklasseerd of in twee disciplines M + 5. Als disciplines gelden het springen; de dressuur; het mennen; endurance en de eventing zoals de KNHS of andere internationale sportorganisaties die kennen.
– Ren/steeple prestatie, zulks ter beoordeling van de foktechnische commissie.

4. Prestatie (fok) hengst
Een hengst waarvan de nakomelingen op basis van de prestatiewaarde (PW I) uitmunten in de verschillende sportdisciplines.

5. Certificaten
Aan een hengst kunnen de volgende certificaten worden toegekend:
– Genetisch Certificaat
Het Genetisch certificaat kan worden toegekend als met goed gevolg wordt voldaan aan de voorwaarden van het uitgebreide EASP DNA onderzoek.
– Röntgen Certificaat
Kan worden aangevraagd als voldaan is aan de EASP röntgen eisen.
– Allround Certificaat
Het Allround certificaat worden toegekend als met goed gevolg is deelgenomen aan het verrichtingsonderzoek.

Alle behaalde predikaten worden bijgehouden op het stamboekbewijs van inschrijving en op de digitale stamkaart van de betrokken vader en moeder. Van alle behaalde predikaten en certificaten kan een oorkonde worden aangevraagd.

ARTIKEL 18

Aan merries kunnen de volgende predikaten worden verleend:
1. Ster merrie
Aan stamboek- en registermerries die met een 1e premie bekroond zijn en een gemiddelde scoring van 7 behalen, kan het Ster predikaat worden verleend.

2. Keur merrie
Aan ster merries van vier jaar en ouder kan het Keur predikaat worden verleend.
– De betrokken merrie dient een veulen met een 1e premie (gem. scoring 7) te hebben voortgebracht.
– Een IBOP (of elders een gelijkwaardige verrichting) met goed gevolg te hebben behaald of in de sport M-springen, M-dressuur, M-samengesteld, M-mennen, endurance klasse 3 of elders gelijkwaardig te zijn geklasseerd.

3. Model merrie
Aan Ster- en Keurmerries die, minimaal 1 jaar na het behalen van dat predicaat, een minimale scoring van 8 punten behalen op alle onderdelen, kan het Model predicaat worden verleend.

4. Preferente merrie
Aan een stamboek- en registermerrie kan het Preferent predikaat worden verleend.
– Indien zij drie nakomelingen met het Ster predikaat heeft voortgebracht.
– Een goedgekeurde hengst, keur of model merrie telt voor 2 ster merries.

5. Prestatie merrie
Aan stamboek- en registermerries kan het Prestatie predikaat worden verleend
indien zij voldoet aan een van de volgende criteria.
In een der discplines Z plus 1 (of elders gelijkwaardig) is geklasseerd of in twee disciplines M + 1. Als disciplines gelden het springen; de dressuur; het mennen en de eventing zoals de KNHS of andere int. sportorganisaties die kennen.
– Startgerechtigd is in de Endurance klasse IV (> 120 km.).
– Drie nakomelingen heeft die afzonderlijk aan een der bovengestelde eisen voldoen.
– Renprestatie zulks ter beoordeling van de foktechnische commissie.

6. Certificaten
Aan een stamboek- en registermerrie/ruin kunnen de volgende certificaten worden toegekend:
– Genetisch Certificaat
Het Genetisch certificaat kan worden toegekend als met goed gevolg wordt voldaan aan de voorwaarden van het uitgebreide EASP DNA onderzoek.
– Röntgen Certificaat
Kan worden aangevraagd als voldaan is aan de EASP röntgen eisen.
– Allround Certificaat
Het Allround certificaat worden toegekend als met goed gevolg is deelgenomen aan het verrichtingsonderzoek.

Alle behaalde predikaten worden bijgehouden op het stamboekbewijs van inschrijving en op de digitale stamkaart van de betrokken vader en moeder. Van alle behaalde predikaten en certificaten kan een oorkonde worden aangevraagd.

ARTIKEL 19

Aan ruinen kunnen de volgende predikaten worden verleend:
1. Sterruin
Aan stamboek- en registerruins die met 1e premie bekroond zijn en een gemiddelde scoring van 7 behalen, kan het Sterpredikaat worden verleend.

2. Prestatieruin
Aan een stamboek- en registerruin kan het Prestatiepredikaat worden verleend indien hij voldoet aan een van de volgende criteria:
– In een der disciplines Z plus 1 (of elders gelijkaardig) is geklasseerd in twee disciplines M + 1. Als disciplines gelden het springen; de dressuur; het mennen en de eventing zoals de KNHS of andere int. sportorganisaties die kennen.
– Startgerechtigd is in de Endurance klasse IV (> 120 km.).
– Renprestatie zulks ter beoordeling van de foktechnische commissie.

Alle behaalde predicaten worden bijgehouden op het stamboekbewijs van inschrijving en op de digitale stamkaart van de betrokken vader en moeder.

ARTIKEL 20
In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist het AB.

 

Versie: ALV 08-04-2024

Back To Top